stroomkring |
|
Doel- Je kunt het verschil uitleggen tussen een (elektrische) geleider en een isolator .
- Je kunt voorbeelden noemen van elektrische geleiders . - Je kunt voorbeelden noemen van elektrische isolatoren . - Je kunt uitleggen of er wel of geen stroom loopt in een open of gesloten stroomkring. |
uitleg
Sommige materialen laten elektriciteit door. Zo'n materiaal noemen we een geleider . Voorbeelden van geleiders zijn ijzer, koper, staal, zilver en goud. Andere materialen laten elektriciteit niet door. Zo'n materiaal noemen we een isolator . Voorbeelden van isolatoren zijn hout, plastic , rubber, glas en vooral lucht.
Een gesloten stroomkring ontstaat zodra er een weg is waarlangs elektronen van de positieve-pool naar de negatieve-pool van een spanningsbron kunnen lopen (video 1). |
video 1: De stroomkring
|
Als er ergens in de stroomkring een isolator zit zoals een schakelaar die uitstaat of een losgemaakt draad, dan spreken we van een open stroomkring.
Een (elektrische) geleider is een stof die elektrische stroom doorlaat. Dit komt omdat een deel van de elektronen in deze stof vrij kunnen bewegen. Een isolator laat geen elektronen stroom door omdat alle elektronen in de stof een vaste plek hebben. Alle metalen zijn goede elektrische geleiders . Voorbeelden zijn: aluminium, ijzer, staal, nikkel, lood, zink, chroom en koper. Bijna alle niet- metalen zijn slechte elektrische geleiders. Voorbeelden zijn: lucht, plastic, hout, kunststof , keramiek en glas. Een open stroomkring betekent dat er ergens in de stroomkring een onderbreking zit. Deze onderbreking geleid geen stroom. Daardoor kan de stroom niet lopen. Een gesloten stroomkring bestaat alleen maar uit geleiders. De stroom kan wel lopen in een gesloten stroomkring. |
Video 2: menselijke bliksemafleider
|
video 3: elektrische energie en stroomkring
|
samenvatting
Een stroomkring is een gesloten elektrisch circuit. Met gesloten wordt bedoeld dat er een weg is waarlangs de elektrische stroom in staat is om vanuit één pool van de bron terug te keren naar de andere.
Voorbeeld: door een lichtschakelaar te sluiten ontstaat een stroomkring vanuit het lichtnet via de bedrading, de lichtschakelaar en de lamp. Er kan een stroom gaan lopen. |